Een eerste keuze

In het tweede jaar A krijg je een groot pakket gemeenschappelijke vakken. Gedurende vijf uren per week kies je een basisoptie. Je neemt op die manier als het ware een “optie” op een studierichting. Je hebt een jaar de tijd om te ervaren of de gekozen optie je wel ligt. Bevalt de keuze je, dan leg je voor dat vak een goede basis. Het is echter geen probleem om na de eerste graad van richting te veranderen als je toch liever een andere richting uitgaat. Hoe langer je wacht, hoe moeilijker het wordt om succesvol van studierichting te veranderen. Het tweede jaar is dus een sleuteljaar!

Wie kan starten?

Als je geslaagd bent in het eerste leerjaar A, dan kan je starten in het tweede gemeenschappelijk leerjaar.

Wat leer je?

Welke school je ook kiest, je krijgt in het tweede gemeenschappelijk jaar gedurende 25 lesuren per week overal dezelfde gemeenschappelijke basisvorming. Onze school kiest ervoor om dit basispakket te versterken met 2 uur differentiatie voor de basisvakken Nederlands, Frans, wiskunde en ICT. Sommige leerlingen krijgen meer tijd om de essentiële doelen te halen, anderen krijgen uitbreidingsleerstof.

Daarnaast moet je in het tweede leerjaar een basisoptie van 5 lesuren per week kiezen. Onze school biedt drie basisopties aan: Economie en organisatie, Maatschappij en welzijn en STEM-wetenschappen. Op die manier maak je kennis met een studiegebied en kan je ontdekken waarvoor je aanleg en belangstelling hebt. Deze keuze hoeft niet definitief te zijn. Je ervaringen zijn wel belangrijk als je in de 2de graad een echte studierichting moet kiezen. Dan kan je nog alle richtingen uit.

Keuze uit drie basisopties

Economie en organisatie

Je gaat graag met mensen om en je neemt graag initiatief. Je wil werken in een wereld waarin communicatie belangrijk is. Je houdt van werken met de computer. Je wil er graag meer over weten en er beter mee leren werken. Je maakt kennis met een aantal typische begrippen en vaardigheden uit het dagelijkse economische leven. Je krijgt een brede vorming waarmee je nog veel richtingen uit kan. In de richting Economie en ondernemen is het belangrijk dat je ordelijk en nauwkeurig kan werken.

Maatschappij en welzijn

Je bent graag “onder mensen” en je wil later ook met mensen werken. Je leert over de mens en hoe hij zich gedraagt in zijn omgeving. Je bestudeert techniek en wetenschappen vanuit een mensgerichte invalshoek. Je ontwikkelt een persoonlijke levensstijl door te werken rond voeding, zorg voor mensen en omgangsvormen. Je leert hoe je sociale contacten uitbouwt en onderhoudt.

STEM-wetenschappen

Kies je voor STEM-wetenschappen, dan heb je interesse voor natuurwetenschappen. Al onderzoekend zal je natuurwetenschappelijke kennis verwerven. Bij elke proef hoort een degelijke theoretische ondersteuning. Je leert ook een aantal ‘technieken’ die bij wetenschappelijk onderzoek nodig zijn: ordenen, dissecteren, labowerk, microscopie, formules, symbolen, tabellen, grafieken, verslagen maken … De vakken biologie, chemie en fysica komen geïntegreerd aan bod.

Wat na 2A?

Als je geslaagd bent in 2A, dan krijg je een getuigschrift van de eerste graad. Je moet dan de keuze maken voor een studierichting. In principe kan je nog alle richtingen uit. De meeste leerlingen zullen na één van deze basisopties verder studeren in richtingen die voorbereiden op hoger onderwijs (zgn. “doorstroomrichting”).

1ste graad

1ste jaar

2de jaar